Pasen ‘overslaan’ …

Pasen is weer achter de rug. Ik heb het overleefd zonder enig ei van chocola in huis te halen. Op facebook zag ik dat er weer de nodige capriolen werden uitgehaald om de meest geweldige brunches en lunches op tafel te zetten. En anderen hadden daar weer commentaar op: “Pasen draait niet om lekker eten…”.  Hetzelfde ritueel als met Kerst herhaalde zich – foto’s van eten, eten en nog eens eten en dan weer veroordelende updates daarover. Ondertussen eet iedereen zijn buik vol, ongeacht de foto’s.

Voor wie denkt dat die eieren met Pasen een louter heidens ritueel zijn, die heeft het mis. Ons woord Pasen komt van het Joodse Pesach. Een wezenlijk onderdeel van dit gebeuren is de Seidermaaltijd. 1 van de belangrijke – niet te missen- onderdelen van deze maaltijd is het gekookte én gebakken ei. Dit ei staat symbool voor de kwetsbaarheid van het leven.  Is dat ook niet wat we ons in gedachten mogen nemen met deze feestdag? Dat ons leven een fragiele status heeft? Dat het zo voorbij kan zijn? En dat we juist daarom dankbaar mogen zijn met het offer van Jezus omdat Hij ons eeuwig leven geeft?

 

Niet dat ‘onze’ eieren van dit ritueel afkomstig zijn hoor – dat heeft te maken met de Germaanse godin Ostada die ooit een vogel (sommigen zeggen een kip) veranderde in een haas. Die haas mocht dan nog 1 keer per jaar de vogel uithangen om eieren te leggen. Die werden dan uiteraard verstopt omdat ze zo zeldzaam waren. Vandaar het verstoppen der eieren. Sommigen zeggen dat het een straf van Ostada was, anderen beweren dat de vogel juist van de vrieskou gered werd door deze transformatie. … En is dat ook niet iets wat voor de kruisiging telt? Sommigen die het als straf zien – anderen die zeggen dat het met redding te maken heeft?

 

Pasen, of welke feestdag dan ook heeft altijd 2 kanten. Ieder kiest ‘zijn’ zijde. Voor mij gelden beide kanten van de munt. Ik geloof in Jezus’ reddende offer en ben daar dankbaar voor en tegelijk ben ik dolblij dat deze dagen voorbij zijn. Wat een gedoe. Al dat eten is aan ons gezin voorbij gegaan. Niks geen eieren, noch dubbeldooiers, niks chocolade of matses met suiker … Voor ons gezin zijn de feestdagen altijd een drukke bedoening omdat manlief juist dan meer weg is, druk is en als gezin ga je automatisch in die drukte mee. Welke feestdag dan ook – hoe mooi de achterliggende gedachte ook mag zijn – geef mij maar het gewone huis, tuin en keuken leventje. Geen gedoe met opgedirkt naar de kerk moeten, met een fake-smile opzetten, vrolijk doen terwijl je dat eigenlijk helemaal niet bent. 

Pasen komt van het Joodse Pesach. Het betekent ‘overslaan’. Omdat het kwaad (dood) de Joden in Egypte oversloeg. Pasen heeft ook te maken met jezelf mogen zijn. Door Jezus offer en opstanding mogen we – zoals we zijn – zonder schroom de Almachtige naderen. Iets wat ik (juist) in de kerk niet (altijd) ervaar. Een dubbele boodschap dus.  Mijn hoop (als ik die al heb) is dat de kerk ooit écht een plek zal zijn waar het ‘Pasen’ is, waar je ongeacht je tekortkomingen welkom bent en waar het veroordelende je overslaat.  Tot die tijd sla ik Pasen stiekem liever over…

 

Homofoob of homofiel?

homofoob“Ik geloof de bijbel van kaft tot kaft.” Mailde Herman Boon me een keer toen ik hem waagde te bevragen naar bepaalde uitingen van de Geest. …  Zo een lompe, ondoordachte opmerking. Van kaft tot kaft… alsof je dat hele boek letterlijk moet nemen en zo op de dag van nu kan plakken.   Toch schrik ik hoe vaak christenen gewoon maar geloven wat ze denken te lezen, of erger nog, klakkeloos de mening van welke spreker dan ook overnemen alsof het de enige mogelijke waarheid is.

Iemand zei me eens ‘Mensen spreken altijd naar de mond van hun eerste leraar.’  En ik vrees dat de persoon in kwestie gelijk had. Het maakt niet uit of je het nu over evolutie, seksualiteit, homeopathie of homofilie hebt; de meeste christenen hebben zelden zelf onderzocht wat Gods woord er werkelijk over te zeggen heeft.  Teksten uit de bijbel worden ondoordacht geknipt, geplakt en verkracht, alles onder het mom van goed christelijk gedrag en uiteraard met de beste bedoelingen.

Afgelopen week, na een dag van stralend strandweer, lagen we met ons viertjes uitgeteld op de bedbank te kijken naar de enige Nederlandse zender die het hotel rijk was. BVN.  Foto’s van één of ander prachtig model passeerde de revue. Wat een knappe kerel was dat zeg! Al snel werd ons in deze docu duidelijk gemaakt dat deze goddelijke adonis ooit een vrouw was geweest. Als meisje wilde ze altijd al kort haar, vond ze het raar om naar een damestoilet  te moeten en zag ze zichzelf als jongen. In de pubertijd sportte ze zoveel mogelijk om er vooral niet vrouwelijker uit te gaan zien.  En uiteindelijk koos ze voor het enige juiste in haar ogen: ze liet zich ombouwen tot man.  En of het gelukt was! Uiterlijk dan, innerlijk was ze altijd al man geweest…

Direct daarna ging het over de homofobe toestanden in Uganda, de homoterreur in Rusland en hoeveel christenen het wagen om anti te zijn.  Zoon 2 zat dit allemaal aan te horen en zuchtte ‘Waar gaat dit over?’ Hij kon niet begrijpen waarom er zoveel (zogenaamde) christenen zijn die zich zo anti uitlaten.   Niet alleen christenen by the way, maar deze stonden in de docu ff in the picture.

Wat moest ik antwoorden? Dat velen ooit gehoord of gelezen hebben dat God het zo niet bedoeld had? Dat ze bepaalde woorden en zinnen uit de bijbel uit de context trekken en andere zinnetjes (zoals ‘heb elkaar lief’) gewoon vergeten? Dat ze de bijbel van ‘kaft tot kaft’ geloven en dus …

Gister zag ik op facebook twee blogs  voorbij waaien die precies verwoordde wat ik dacht – over hoe gemakkelijk mensen iets in de bijbel (denken te) lezen maar de context pas meewegen wanneer het hun uitkomt… Bijvoorbeeld: de bijbel laat zich haast net zo negatief uit over vraatzucht als over homofilie; maar toch heeft menig christen (schaamteloos) een veel te hoog BMI…  (dan heb ik het ff niet over zwaarlijvigheid door ziekte!) . Wat klopt er niet aan dit plaatje? Waarom moeten we de bijbel op het ene vlak niet letterlijk nemen en op het andere vlak wel?  Of wat dacht je van roddel en achterklap? Of over lui zijn? Eerzucht?  … hoe dacht je dat de bijbel zich uitlaat over materialisme (en het zijn juist de ontkenners die er het meest last van hebben!)??

positief

Wanneer je de bijbel leest kan je dat op 2 manieren doen: of je leest een boek vol verboden of je leest een boek over liefde en mogelijkheden. En hoe je het leest zegt meer iets over jezelf dan over het boek zelf.

(ps: lees vooral de blogs van Rachelheldevans.com! -linkjes hierboven ingevoegd)

foto1: bron: ND.nl

foto2: van Facebook

Sotsji – Curlingteam uit de kleren!

curlingWie mij kent weet dat ik – zacht uitgedrukt- geen sportief type ben. De laatste keer dat ik ging skiën scheurde ik mijn kniebanden, in de wildwaterbaan van Centerparks stoot ik me onhandig en breek mijn duim, voor fietsen ben ik te stuntelig, ik heb welgeteld 1 poging gewaagd om te leren hardlopen maar mijn gevulde voorgevel stuiterde zo heen en weer dat ik dacht mezelf knock-out te slaan en zelfs bukken om de vaatwasser uit te ruimen levert de locale fysiotherapeut een paar weken werk. Zwemmen is nat en wandelen vaak te koud. Nee, laat mij maar uitblinken in het 10 km platliggen of het 500 meter bankhangen. Ik zeg je – als één van deze ooit tot een olympische sport wordt verheven haal ik een gouden plak binnen. Easy!

Verder ben ik nou ook niet echt een wintertype. Zelfs tijdens deze vrij warme winter (wat een contradictio in terminis – warme winter) zit ik ’s avonds – met een dik vest ingeduffeld onder een deken – open haard op standje sambal met hete thee (of chocolademelk met rum) om mijn handen aan te warmen. Zelfs met 2 paar sokken en dikke wintersloffen – onder die deken- krijg ik mijn voeten niet warm.

En dan komen die Olympische spelen… Winterspelen. Het is sport voor en na alles. In gesprekken op m’n werk, wanneer ik thuiskom, wanneer je de tv of radio aanzet. Het is Sotsji voor en achter. Zucht. Schaatsen, skieën, bobsleetje rijden, slechte sneeuw, te milde winter. Het is zóó niet ‘mij’.  De enige lichtpuntjes zijn de 1,2,3tjes, het hossende en uiterst meelevende koningspaar, en knappe mannen in strakke pakkies.

Maar vanmiddag werd het dieptepunt bereikt. (Ja zelfs nog dieper dan het geneuzel uit reformatorische hoek.) Manlief zette de tv op curling. CURLING OMG! Het is nog erger dan het volwassen geknikker met stokjes en geruite broeken. VEEL erger. Mannen met broekjes in chevron print. Oh my! De ultieme fashionfail. Je snapt prompt waarom de dames liever uit de kleren gaan.  Het masculiene gehalte (voor zover dat er nog was) daalde met elke haal van de bezem en wat werd er heen en weer gewreven… Nee. (Ik weet iemand die zou zeggen “Daar wordt mijn schaamhaar kunstgras van.” maar dat herhaalt deze waardige (ahum) domineesvrouw maar niet.)

Curling. Nee. Dan nog liever 500 meter bankhangen in mijn onelegante ma Flodder outfit met badhairday-oversised shirt en kniehoge sokken in sloffen, dekentje over de schouders. En dan manlief die zegt “Mmm, dat flateert niet echt.”

Bankhangen – Ik ruik het goud al…

Noot; Foto van www.vg.no

kernkwadranten in de klas en in de kerk

Kernkwadrant_NLDiverse collega’s vonden het te hoog gegrepen. Ook de teamleider keek me enigszins verbaasd aan dat ik dit aspect in havo en vwo 3 wilde uitproberen. Ooit had hij het een keer geopperd maar niemand geloofde dat derde klassers dit al konden beredeneren.  Toch heb ik het gedaan. Je zou me eigenwijs kunnen noemen maar ik geloof gewoon in hun kunnen. Jonge mensen moeten niet onderschat worden. …

De 4 kwadranten. Wat zijn je kwaliteiten, je valkuilen, je uitdagingen en je irritaties? Leerlingen weten dondersgoed waar ze zich aan irriteren. Ze weten feilloos waar ze de mist in gaan en wat anderen vinden dat ze zouden moeten leren. Nadenken over dát waar ze goed in zijn is over het algemeen nog het moeilijkst van de 4.

De gedachtengang achter deze kwadranten hadden ze eigenlijk direct door. Natuurlijk had ik een stel treffende voorbeelden.  In elke klas zit wel een druktemakende humorist…

Kernkwaliteit: humor – drijf je dat te ver door / weet je van geen ophouden dan is je valkuil dat je niet serieus genoeg kan zijn. Je uitdaging wordt dan ‘serieus leren zijn’ en als je dat te ver door drijft krijg je ‘saai’ – en daar heb je dan ws een hekel aan. Héél herkenbaar voor leerlingen in lessituaties. Want er is altijd wel een docent die ongelooflijk saai is en zich dood ergert aan de oeverloze humor van deze of gene. Met als gevolg dat hij nog saaier en serieuzer gaat doen en de leerling zo eigenlijk forceert om dat nog meer te compenseren met humor.  Echt wel dat ze door hadden hoe dit in zijn werk ging.

Het moeilijke aspect was hun eigen kwaliteiten leren herkennen. En het dan kunnen omzetten naar één van de andere kwadranten. Daar heb je eigenlijk best wel wat woordkennis voor nodig. Maar moeilijk is niet onmogelijk.  En met wat hulp kwamen ze er echt wel.  Soms klopten hun interpretatie van bepaalde woorden niet helemaal, maar dat geeft niet. Hun gedachtegang was ok.  Ze leerden nadenken over zichzelf en over anderen. Over waarom het soms zo lastig is om samen te werken en dat je dan ook bewust kan kiezen om van elkaars kwaliteiten gebruik te maken in plaats van in elkaars allergiezone te blijven hangen.

Het was ook best confronterend voor mij. Want natuurlijk koppelde ik het aan ‘Godsdienst’ en geloofsgemeenschappen. Dat veel mensen zich er juist zo goed bij kunnen voelen wanneer er gekeken wordt naar elkaars kwaliteiten en je geholpen wordt met je uitdagingen.  Maar dat dit ook iets is waar mensen juist op afknappen in geloofsgroepen  en waarom ze zo negatief kunnen zijn over godsdiensten – omdat ze teveel gewezen werden op hun valkuilen, ze verwijten naar het hoofd geslingerd kregen en zich daardoor mateloos ergeren … En zoals altijd ben ik open over mezelf en met een inkijkje aan mijn ervaringen leer ik ze wanneer grenzen worden overschreden en hoe belangrijk het is jezelf in acht te nemen – te geloven in jezelf (yep – coming from me – the worst example ever).

Na mijn laatste les vanmorgen kwam 1 van ‘mijn pubers’ terug naar het lokaal: “Ik vond het een erg leuke en interessante les mevrouw, bedankt!”  – Soms kan ik me emotioneel leeggeven, maar complimentjes als dit geven je toch weer energie.

Ik herinner me een oneliner van Jurgen 2 weken geleden… Dat je de kerk beter ‘uit’ hoort te gaan dan dat je er in ging. Sommige zaken gaan niet voor iedereen op.

Geloofsinstellingen kunnen teleurstellen, mensen kunnen (diep) teleurstellen maar dat dit niet wil zeggen dat je je geloof aan de kant moet zetten of dat God teleurstelt. … Of dat je zelf een teleurstelling bent …  Al voelt het soms wel zo.

wie ben ik wanneer niemand kijkt?

blindWie ben ik wanneer niemand kijkt? Wie ben ik wanneer niemand let op wat ik doe?

Bij haast alles wat ik doe hou ik er rekening mee dat er over mijn schouder wordt meegekeken. Dat er mensen zijn die een oordeel over me vormen aan de hand van dat wat ze van me zien.  Helaas heb ik de negatieve kant daarvan dermate intens ervaren dat ik bijna niets meer durf.  Tenminste, dat waarin in mezelf juist kan of ‘moet’ laten zien, dat waarin ik mezelf kan uiten, hetgeen waar ik me met hart en ziel ik kan ‘verliezen’…  daar schrik ik van terug.

Ik zing niet meer (niet dat ik het kon maar op zondag in de kerk genoot ik er eerder wel altijd van… nu mag dat hele blok wat mij betreft overgeslagen worden.).

Ik was graag druk bezig en dacht met plezier overal in mee – geen haar op m’n hoofd die er nog aan denkt me ergens voor in te zetten.

Ik was een mensenmens, sociaal, enthousiast vol passie. Nu is m’n wereldje klein en zit ik het liefste thuis. Vriendschappen (de diepgaande soort) zijn, vrees ik,  niet meer aan mij besteed…

Ik kon mezelf helemaal kwijt in het schilderen – ik hou bijna geen penseel meer vast.

Ik hou van schrijven, mijn gedachten toevertrouwen aan papier (PC / Blog), maar heb continue een writers block omdat ik veel niet meer durf of wil zeggen.

Ik heb me er een poos schuldig onder gevoeld. Maar die fase is gelukkig voorbij. Ik vind het allemaal wel ‘best’. … Alsof ik ipv een Martha nu meer een Maria ben geworden …

En toch blijft ergens die drive… de wens om gehoord te worden. Maar dan gehoord zonder veroordeling die erop volgt en omdat ik niet beter weet dan dat deze altijd wel ergens volgt hou ik liever m’n mond, voer ik liever geen klap meer uit.

Wie ben ik wanneer ik niets meer doe? Wie ben ik wanneer niemand kijkt? Wat blijft er van me over?

Ik denk gelijk aan 1 Petr 2:9 en 10 waarin staat dat we een heilige natie zijn, een koninklijk priesterschap een volk van God … Een tekst die ik altijd heel mooi heb gevonden (blogde er eerder al over) en die iets zegt over de status waarmee je als christen bekleed bent. Een tekst die je eigenlijk leert dat je trots mag zijn op jezelf …. maar het is ook een tekst die me in een groep plaatst…  Wie ben ik zonder die groep?

Ik ben ‘gewoon’ Gods maaksel (Efeze 2:10). Iets wat Hij ooit bedacht heeft, een idee wat in Zijn hoofd ontstond en waarvan Hij vond dat het goed genoeg was om uitgevoerd te worden. Goed genoeg dus, anders had hij het niet gemaakt. Ik hoef niks te doen. Ik ben niet wat ik doe. Ik ben niet waar ik leef, ik ben niet hoe ik denk. Ik ben niet wat anderen van me denken. Ik ben Zijn maaksel. En wanneer anderen me veroordelen, is dat indirect een veroordeling aan Zijn adres…

Ik ben deel van Hem – in Hem geborgen. (Kol 3:3)  Dus ben ik wie ik ben, net als Hem.

Hoe komt het dan dat het zo niet voelt?

(Nav Hartschrift blz 26 van Coby Kremer)

Bevrijding: voor je uppie of iedereen?

gods-liefde-ervarenIsraël leeft in ballingschap. Alle notabelen zijn gedeporteerd, weggevoerd en verspreid over heel Assyrië. De Hebreeërs die achterbleven in Israël waren niet bij machte iets te ondernemen en de ballingen konden niet of nauwelijks met elkaar communiceren, laat staan een verzet opbouwen. De situatie leek uitzichtloos, hopeloos…

Israël als land had een bloeiende periode gekend onder David en Salomo. Maar Salomo’s zoon Rechabeam liet zich leiden door de macht en centen in plaats van door God en het land viel in 2 delen uiteen. Door deze verdeeldheid werd het land kwetsbaarder, het verloor aanzicht bij de omliggende landen en al probeerden latere koningen hier e.e.a. aan te doen, het was een periode van onrecht, machtsmisbruik en protest.

Onrecht voor vele landgenoten, machtsmisbruik door mensen op belangrijke posities en protest van de profeten. Maar het protest en de waarschuwingen mochten niet baten en uiteindelijk val Assyrië hun aan en voert vele Israëlieten af.

Daar zitten ze dan. Als slaven in Verweggistan. Geen oog op redding. Geen plek waar ze hun geloof konden uiten. Ze zijn ballingen. Eenzaam en alleen. God lijkt een god van ver weg.

 

En dan geeft God Jesaja deze boodschap:

Jij bent zo kostbaar in mijn ogen, zo waardevol, en Ik houd zoveel van je dat ik de mensheid geef in ruil voor jou. Ja, alle volken om jou te behouden. (Jesaja 43:4)

God zegt tegen het volk dat Hij van ze houdt – ondanks hun jarenlange onrecht, ondanks hun langdurige ontrouw. Hij zegt dat ze hem zelfs belangrijker zijn dan andere volken en ervoor zal zorgen dat ze niet uitgeroeid worden. God heeft een band met zijn volk. Ooit koos hij hun voorvader uit met een bijzonder plan. Het was (is) Zijn bedoeling om via dit geslacht de wereld te laten weten wie Hij is. Maar dat wil niet zeggen dat Hij ze 1,2,3 uit de ellende haalt waar ze zichzelf ingewerkt hebben.

 

Mijn hartschrift nodigt me uit deze tekst op mezelf te betrekken. Ik merk dat dit me behoorlijk moeite kost. Natuurlijk zie ik ook wel de vergelijking naar Jezus, de mensenzoon, dat God Hem inruilde voor ons behoud… Maar ik zie dit niet zozeer als een individueel te lezen tekst. De ‘Jij’ in deze boodschap slaat op het volk als geheel.  Ik vraag me ook af of we deze tekst recht doen door hem op iemand als individu te plakken. Natuurlijk, ieder van ons is van belang voor God. Maar als je het daarbij laat mis je het collectieve aspect. We kunnen elk op onze eigen manier een ‘lichtje’ zijn… Gods liefde uitstralen. Maar elk op ons eilandje zijn we net als de Israëlieten in ballingschap.

Mmm, misschien zegt deze tekst toch meer over mezelf dan ik in eerste instantie dacht. Ik voel me ook een balling.  En met mij zijn er vele christenen die zich niet (meer) thuis voelen in hun geloofsgemeenschap. Teleurgesteld zijn. Gelovigen die de hoop hebben verloren, God als ver weg ervaren of geen uitzicht op een mooie toekomst hebben.  …

Gelukkig blijft het niet bij deze tekst alleen en weten wij nu dat God de daad ook bij het woord voegde. De Perzen vallen Assyrië binnen en koning Cyrus geeft de Joden hun vrijheid terug. God beloofde het de Israëlieten, maar hij belooft het ook aan ons vandaag:

Maar al moet u nog korte tijd lijden, God, de bron van alle genade, heeft u geroepen om in Christus Jezus deel te krijgen aan Zijn eeuwige luister. God zal u sterk en krachtig maken zodat u staande zult blijven en niet meer zult wankelen. (1 Petrus 5:10)

Ere zij God en Vré-é-de op aarde

wereldvredeElke zondag krijg ik een ‘binnenkamer’ van Sestra in mijn inbox; een korte overdenking – een bijbeltekst, thema of gedachte om als christen even bij stil te staan. De ene keer spreekt het me meer aan dan de andere keer maar ik weet dat het soms een bevalling kan zijn om wéér een stukje te ‘moeten’ schrijven dus waardeer ik de schrijfsters zeer.

Vandaag was het thema ‘Vrede’. De meeste kerstdiensten eindigen steevast met het Ere zij God en haar vree-é-de op aarde. Maar wat is vrede eigenlijk? In het woordenboek lees je dat vrede een toestand van rust is of een toestand zonder oorlog of onenigheid. Ik denk echter dat het woord ten diepste herstel met God betekent.

Wanneer God ziet dat de mens nooit of te nimmer bij machte zal zijn om de relatie met Hem te herstellen stuurt Hij zijn bloedeigen Zoon. De hele reden dat we met Kerst de geboorte van Jezus vieren is omdat God daarmee onze verlossing op het oog had. Hij wilde dat onze relatie met Hem weer werd hersteld.  Dat is de gedachte achter kerst. Dat is waarom we vréde op aarde zingen.

Wanneer Jezus zijn wonden aan de discipelen laat zien terwijl Hij hen vrede belooft wordt een schril contrast zichtbaar. Enerzijds had je de Romeinse wereld vol intriges, oorlog en onzekerheid; een wereld waarin Gods zoon gemarteld en gekruisigd werd en herstel verder weg dan ooit leek. Anderzijds stond Hij daar: de Strijder voor gerechtigheid, de Brenger van heil, de Vredevorst die kwam in de gedaante van een kwetsbaar kind zodat de mensen weer vrij en zonder schroom tot Hem konden naderen. …

 

Vandaag de dag lijkt er niet veel veranderd. We leven nog steeds in dezelfde gebroken wereld met oorlog, haat en nijd. Een wereld zoals God hem voor ogen heeft lijkt nog even ver weg. Het contrast met de boodschap van Kerst lijkt haast groter dan ooit. Misschien dat daarom zoveel mensen de feestdagen liever overslaan; omdat dit contrast juist benadrukt wat ze verloren hebben, wat hun verdriet doet, welke onrust er in hun harten leeft …

Maar Jezus heeft met zijn komst, met zijn lijden en sterven, ons Zijn vrede gegeven. (Joh 14:27) Hij heeft onze relatie met God hersteld. De werkelijke vrede is nu in ons bezit, vrede is ons eigendom. Vrede is een onderdeel van de vrucht van de Geest; een eigenschap waarmee we kunnen werken aan onderlinge eenheid en verbondenheid; een werktuig die strijd tégen oorlog en onenigheid. Vrede is een verantwoordelijkheid; het is aan ons om het uit te delen. Het is aan ons, om de vrede die in ons leeft, te verspreiden zodat het Ere zij God en het vrede op aard ultieme werkelijkheid wordt.

 

Wanneer je aankomende week dit lied zingt, zing het dan niet alleen uit dankbaarheid voor wat je zelf mocht ontvangen, zing het ook – en misschien vooral-  als een belofte; dat je de verantwoordelijkheid tot uitdelen zult dragen.

imperfecties horen bij het ontzaglijke wonder van ons bestaan (Ps 139)

psalm 139Psalm 139 staat op mijn hartschriftmenu en de vraag is wat deze bijbeltekst mij zegt.

Natuurlijk staat niet de hele Psalm beschreven, enkel verzen 1 t/m 6. In dit stukje omschrijft de psalmist hoe goed God hem (ons) kent; alles wat we denken en doen heeft God al gezien nog voor we het hebben gedacht of gedaan.  Mooi maar onvolledig. Helaas gebeurt het vaak in ons evangelische wereldje, dat alleen het easy gedeelte gelezen wordt en dat waar ‘we’ niks mee kunnen wordt achterwege gelaten…

Wat mij aanspreekt is het geheel van de psalm;  dat het juist geen zoetsappig halleluja-verhaaltje is.  De psalmist – Koning David – heeft veel meegemaakt en laat in dit deel van de bijbel zien dat het leven niet altijd een happy clappy gebeuren is. In vers 11 toont David dat je als gelovige ook depressieve gevoelens kan hebben en dat je soms ook het idee kan hebben dat het voor jou allemaal niet zo nodig meer ‘moet’.  Maar zelfs in die emotie (of je het voelt of niet) is God heel nabij.

Vers 19 toont ons dat je je in je geloof heel eenzaam kan voelen of dat je juist een afkeer kan krijgen van mensen die God bespotten. Natuurlijk is het niet de bedoeling dat we als christenen gaan samenklieken en anders-gelovigen buitensluiten, toch gebeurt het omdat we ons bij anderen onveilig kunnen voelen. Soms zo onveilig dat je een hekel aan ze krijgt.  Voor wie denkt dat dit niet geldig is voor hem of haar: hoe denk of spreek je over Marokkanen, Polen, Bulgaren, over atheïsten of gewoon de mensen die je niet tot ‘jouw slag’ rekent? Accepteer je discriminatie of racisme; misschien niet in de grote lijnen, maar wat als het om moppen of zogenaamde ‘waarheden’ gaat?

Anyway. David worstelde ermee. Ook de grote koning die door God “Een man naar mijn hart” genoemd werd had een hekel aan sommige mensen.  Niet zomaar een hekel; hij haatte ze! Maar zelfs met dat soort gevoelens voelt hij zich veilig bij God – Die wist immers al dat hij zo dacht.  David kent zijn plaats. Hij is zich bewust van zijn fouten maar hij benoemt ze openlijk en vraagt God hem te bewaken voor (nog meer) misstappen.

Wat zegt deze tekst mij? Dat het ok is om sombere emoties te hebben. Dat het normaal is om de dingen soms ietwat zwartgallig te zien.  Dat het logisch is dat je niet iedereen te vriend wil houden. Dat het leven niet altijd rozengeur en maneschijn is.

Iemand (ik) die uit eigen ervaring weet wat depressie is, leest niet zomaar een halleluja-hef-je-handen-dans-verhaal in deze psalm. Die leest (ook) een getuigenis van iemand die diep in de ellende heeft gezeten en juist vanuit die pijn beseft wat het betekent dat God je kent en dat jij Hem kent.  Als we de pijn van het leven negeren of ontkennen, negeren of ontkennen we ook Zijn aanwezigheid in die momenten. Voor mij is dit een psalm die oproept tot erkenning, berusting, aanvaarding en acceptatie. Een psalm die leert dat ‘wonderbaarlijk” zowel mooie als minder mooie dingen inhoudt en dat ook onze imperfecties horen bij het ontzaglijke wonder van ons bestaan.

Jouw gristenvrouw, mijn christenvrouw :B

love thy neighborIs volwassendoop nou persé nodig? Kan je geen goed christen zijn zonder dat je je ooit laat dopen? Terwijl ik dit schrijf staat de tv op rtl8. ‘Jouw vrouw, mijn vrouw’ laat 2 gristelijke gezinnen zien; het ene gezin bizar streng het andere gezin los en vrijdenkend. In het ene gezin mogen de meiden niet daten en worden ze voorbereid op een leven als moeder de huisvrouw, het andere gezin laat de dochters wel heel erg vrij en stimuleert ze te studeren om zich voor te bereiden op een mogelijke carrière.

De ene gristen is de andere niet. Sommigen voelen zich prettig bij harde rigide lijnen, andere gruwelen bij het idee alleen al. Sommigen dopen hun kinderen, anderen dragen ze op, vele kiezen voor een belijdenis en menigeen staat 100% achter de volwassendoop.

In tegenstelling tot wat heel wat mensen denken is het christelijk geloof lang niet zo simpel en is de bijbel absoluut geen gemakkelijk te lezen boek. Logisch ook wanneer je bedenkt dat je tijdens het lezen een drievoudige kloof moet zien te overbruggen. Tijd, cultuur en taal zijn een behoorlijke sta in de weg als het gaat om ‘DE’ juiste weg te begrijpen. Mag je kopen op zondag of niet? Is roken zondig? Mag je zomaar hertrouwen? Is het mogelijk om én christen én homo te zijn? Moet je nou belijdenis doen of jezelf laten dopen? En juist wie denkt het ‘de rechte leer’ zonder omwegen in de bijbel te kunnen lezen gaat heel vaak voorbij aan 1 van de drie kloven en doet menigmaal andersdenkenden tekort.

Het tv-programma loopt ten einde. De radicalen hebben de gelederen gesloten en weigerden ook maar enige vorm van versoepeling. De meisjes worden weggehouden bij de ‘heidense’ christenvrouw en nogmaals geïndoctrineerd met vaders ideeën over de dienstbaarheid van vrouwen. Ik moet eerlijk bekennen dat ik gruwel van dat strenge gedoe. M’n opvoeding zit daar voor een stukje tussen: tegen mij werd ook gezegd dat ‘uitgaan’ duivels was … vervolgens had ik nooit lol omdat het schuldgevoel het van de vrijheid won. Later hebben zogenaamde radicalen mij bestempeld als duivels of demonisch omdat ik liberaler dacht als zij…

Bij het vrije gezin (in het programma) zie je dat de gekwetste vader de vreemde moeder oproept om samen naar elkaars waarde te kijken ipv naar elkaars tekortkomingen- ze vouwen de handen voor een gezamenlijk gebed.

Is dit niet waar het christen-zijn in wezen om draait? Dat je vanuit de Bron naar elkaars waarde leert kijken in plaats van naar elkaars zogenaamde fouten? Dat je elkaar uit liefde voor Hem de ruimte geeft? Wanneer je dat als basis neemt wordt geloven een stuk eenvoudiger en iets wat je als ‘een kind’ kan doen … Hoewel leer een kind maar eens dat een ander niet hetzelfde hoeft te vinden …

Omhoog ↑